zondag 6 maart 2016

Pestcampagne druppel op een gloeiende plaat

De Telegraaf publiceerde 24 augustus 2015 het artikel 'Pestcampagne druppel op gloeiende plaat'. Dit n.a.v. de tragische zelfmoord van de Limburgse lerares Caroline Dijkman en de campagne 'Herken Pesten'.

Pestcampagne druppel op een gloeiende plaat:
http://www.telegraaf.nl/binnenland/24408479/___Pestcampagne_druppel_op_een_gloeiende_plaat___.html

===========================================================


Veel bedrijven en instanties hebben geen programma tegen treiteren

’Pestcampagne druppel op een gloeiende plaat’

Niels Kalkman
AMSTERDAM - 
Bedrijven en instanties hebben zelden een programma om pesten op de werkvloer te voorkomen, terwijl dit wel verplicht is. De campagne die minister Asscher sinds juni voert is een lachertje, en een druppel op de gloeiende plaat.
    Dit stelt de FNV naar aanleiding van de tragische zelfmoord van de 51-jarige Caroline Dijkman, de Limburgse lerares die een einde aan haar leven maakte na vermeende aanhoudende pesterijen. „Welke zure les moeten we hieruit trekken?” vraagt Wim van Veelen van de vakbond zich af. „Het voorkomen van pesten is het allerbelangrijkste, maar iedereen hobbelt achter de feiten aan.”
    Nadat dit voorjaar uit de jaarlijkse arbeidsmonitor van TNO bleek dat pesten op de werkvloer 900 miljoen euro per jaar kost en een half miljoen Nederlanders wel eens te maken heeft met pesterijen, kwam minister Asscher met een campagne. „Maar boodschapjes op internet en reclamespotjes zijn slechts een klein deel van de oplossing”, vindt Van Veelen. „Een programma tegen pesten, een analyse van de risico’s en ondersteuning door vertrouwenspersonen en leidinggevenden: het is allemaal verplicht, maar wie controleert het?”
    De FNV roept op tot een grootschalig onderzoek naar wat er precies is gebeurd op het Sint-Maartenscollege in Maastricht. „Als blijkt dat pesten de oorzaak is voor de dood van deze lerares, kunnen en mogen we dat niet tolereren.”




    ===========================================================

    Met vriendelijke groet Gerrit Hartholt
    Initiatiefnemer actiegroep Stoppestenophetwerk.nu
    Ervaringsdeskundige
    Initiatiefnemer petitie 'Stop pesten op het Werk!'
    Initiatiefnemer petitie 'Pesten op het werk in het wetboek van strafrecht'

    Beter goede baas dan zwak beleid (m.b.t. pesten op het werk)

    Op 14 december 2015 verscheen op www.arbo-online.nl het artikel 'Beter goede baas dan zwak beleid' over pesten op het werk. Het artikel beschrijft een situatie dat daar waar het op papier goed "geregeld" er in de praktijk niet altijd adequaat wordt opgetreden, en dat daar waar het op papier niet goed "geregeld" is er in de praktijk som wel adequaat wordt opgetreden.


    Artikel 'Beter goede baas dan zwak beleid':
    http://arbo-online.nl/goede-baas-meer-waard-dan-beleid/

    =========================================================

    Beter goede baas dan zwak beleid


    Sinds de Arbowet beleid ten aanzien van ongewenste omgangsvormen op het werk verplicht stelt, hebben veel organisaties een beleidsnota. Maar papier is geen garantie voor sociale veiligheid.
    Medewerkers blijken beter af in een organisatie zónder beleidsnota, maar mét een directeur met ‘het hart op de goede plaats’. Dat blijkt wel uit de volgende twee casussen.

    Wel beleid …

    Soms is er wel beleid, maar zonder draagvlak werkt dat niet. Neem bijvoorbeeld Pieter, inkoper bij een multinational. Tot voor kort met veel plezier. Door een reorganisatie heeft de afdeling aan belang gewonnen: er valt geld te verdienen op scherp inkopen. Zijn jonge collega’s bedingen met bluf flinke kortingen bij leveranciers. Maar Pieter gelooft meer in het opbouwen van bestendige relaties. En in ‘faire’ prijzen. De collega’s vinden passé en pesten hem een beetje weg.

    … maar dat werkt niet

    Pieters druppel is het WhatsApp-groepje van collega’s waar hij over de tong gaat. De reactie van zijn leidinggevende: ‘misschien pas je ook niet goed in het team’ en ‘ga maar naar een cursus opkomen voor jezelf ’. Er is beleid tegen pesten op het werk. Maar na een gesprek met devertrouwenspersoon is Pieters conclusie dat hij wel verdere stappen kan zetten, maar dat het risico groot is dat hij vervolgens zijn baan kwijt raakt. In de praktijk kiest zijn organisatie opportunistisch: wie is het gemakkelijkst ‘weg te doen’?

    Geen beleid …

    Dan ben je beter af in een organisatie die geen beleid heeft, maar die uiteindelijk wel maatregelen neemt tegen grensoverschrijdend gedrag. Zoals in het schoonmaakbedrijf dat een nieuwe leidinggevende heeft aangenomen. Een echte rising star: de omzet stijgt, de opdrachtgevers zijn blij, het ziekteverzuim is laag. Een prettige persoonlijkheid voor de klanten en de directeur, maar een echte bully voor zijn medewerkers. Ziek zijn is een keuze en van ‘nieuwe Nederlanders’ moet hij niet veel hebben.

    … maar wel een goede werkgever

    Omdat veel medewerkers de weg in Nederland niet goed kennen, de taal onvoldoende beheersen en ze voor het gezinsinkomen veelal afhankelijk zijn van de baan, protesteren ze niet. Tot twee vakantiekrachten belet vragen bij de directeur. Die schrikt: er is geen beleid tegen intimidatie en discriminatie, maar hij baalt van de slechte behandeling van zijn medewerkers. De leidinggevende wordt geschorst, een onafhankelijk onderzoek volgt en zijn ontslag maakt van deze rising star een vallende ster.
    Conclusie: beleid tegen ongewenste omgangsvormen is hard nodig als richtinggevend kader. Maar het succes ervan wordt bepaald door directies, vertrouwenspersonen en andere sleutelfiguren met hart voor de zaak en verstand van zaken.
    =========================================================

    Met vriendelijke groet Gerrit Hartholt
    Initiatiefnemer actiegroep Stoppestenophetwerk.nu
    Ervaringsdeskundige
    Initiatiefnemer petitie 'Stop pesten op het Werk!'
    Initiatiefnemer petitie 'Pesten op het werk in het wetboek van strafrecht'

    Gij zult niet treiteren (anno 2015 en 2016 weinig bescherming voor slachtoffers pesten op het werk)

    Op 9 juni 2015 schreef Peter Schokker Bureau Integriteit Nederlandse Gemeenten (BING) een blog artikel over de huidige wetgeving m.b.t. pesten op het werk.

    Het artikel is te vinden op:
    http://blog.bureauintegriteit.nl/gij-zult-niet-treiteren/

    =========================================================

    GIJ ZULT NIET TREITEREN

    Minister Asscher gaf op 1 juni 2015 de aftrap voor een landelijke campagne om pesten op de werkvloer terug te dringen. Uit onderzoek komt naar voren dat een half miljoen mensen op het werk een vorm van pesten ervaart. De impact is groot, zowel voor het slachtoffer als voor de organisatie: pesten leidt tot stress, gebrek aan motivatie, ziekteverzuim of zelfs erger.
    Uit een peiling van de Telegraaf blijkt dat 30% van de ondervraagden van mening is dat er bij hen op het werk wordt gepest. Liefst 72% vindt dan ook dat pesten strafbaar gesteld moet worden.
    Huidig wettelijk kaderBij pesten gaat het om meer systematische gedragingen die tot doel of gevolg hebben dat de persoonlijkheid, de waardigheid of de fysieke of psychische integriteit van een persoon wordt aangetast en een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd.
    Pesten is daarmee een vorm van ongewenst gedrag op de werkvloer. In de praktijk blijkt overigens dat men voor het begrip pesten liever alternatieven kiest, zoals (structurele) intimidatie, psychisch geweld, onheuse bejegening of het werken in een onveilige werkomgeving. Ook de term ‘mobbing’ is in zwang.
    Ongewenst gedrag als zodanig is een koepelbegrip dat geen vaste, wettelijke omkadering kent. Het strafrecht stelt specifieke uitingsvormen, zoals mishandeling, bedreiging of aanranding, strafbaar, maar ongewenst gedrag in het algemeen en pesten in het bijzonder leveren op zichzelf geen strafrechtelijk verwijt op. Verschijningsvormen van ongewenst gedrag, zoals intimidatie of seksuele intimidatie, kennen wel een definiëring, in de arbeidsomstandigheden- en de gelijkebehandelingswetgeving.
    Problematische normstellingOp grond van de Arbowet heeft de werkgever nu reeds de verplichting om zorg te dragen voor een veilige werkomgeving, door ‘psychosociale arbeidsbelasting’ te voorkomen of zoveel mogelijk te beperken. Intimidatie en pesten vallen daar ook onder. Maakt de werkgever zich zelf schuldig aan pestgedrag of is hij nalatig in het voorkomen daarvan, dan kan dat leiden tot aansprakelijkheid van de werkgever ten opzichte van het slachtoffer.
    Zowel in de Arbowet als in de Algemene wet gelijke behandeling wordt het verbod op intimidatie gekoppeld aan het discriminatieverbod: intimidatie is daarmee een vorm van direct of indirect onderscheid, die niet is toegestaan. Volgens de wetsystematiek gaat het dan om een verboden onderscheid op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, hetero- of homoseksuele gerichtheid of burgerlijke staat. Gelijke gevallen moeten gelijk worden behandeld, zo is de gedachte.
    Deze normstelling maakt het in de praktijk problematisch om pestgedrag juridisch aan te pakken. Veel gevallen van pestgedrag houden immers geen verband met voornoemde discriminatiegronden. Vaak spelen er heel andere motieven. Bijvoorbeeld: een groep buitendienstmedewerkers (mannen en vrouwen) sluiten systematisch een mannelijke collega buiten, ogenschijnlijk vanwege zijn ‘boerenaccent’. Of een vrouwelijke medewerker van de afdeling P&O wordt consequent genegeerd door haar collega’s (mannen en vrouwen), wellicht omdat zij zich wat anders kleedt. In dergelijke voorbeelden zijn niet per se discriminatiegronden in het geding, maar is het pestgedrag evident.
    Slachtoffers lijken dan ook vooral aangewezen op de bereidwilligheid van een werkgever om in te grijpen, de – al dan niet bestaande – mogelijkheid om te klagen bij een onafhankelijke klachteninstantie of de in de praktijk weinig heilzame weg van een actie jegens de daders wegens onrechtmatige daad.
    Omdat het aantonen van een verboden onderscheid geen sinecure is, voorziet de wet in een verschuiving van de bewijslast: het slachtoffer van ongewenst gedrag moet aannemelijk maken dat een bepaalde rechtsregel is geschonden en moet dit met feiten onderbouwen. Het is vervolgens aan de gedaagde om aan te tonen dat daarvan geen sprake was, anders gezegd: dat de gestelde feiten niet hebben plaatsgevonden. Juist bij ongewenst gedrag, waarbij beleving en intentie van slachtoffer en dader kunnen verschillen, zou dit tot extra bescherming van het slachtoffer moeten leiden. Maar door de problematische normstelling, gaat deze vlieger veelal niet op.
    Tot slotDuidelijk is dat de huidige wetgeving, door de koppeling aan het discriminatieverbod, weinig bescherming biedt voor slachtoffers van pestgedrag. Dat klemt des te meer omdat uit onderzoek blijkt dat de helft van alle leidinggevenden wegkijkt wanneer een werknemer wordt gepest. En wanneer leidinggevenden zelf dader zijn, komt de werknemer in een wel heel benarde positie. Dat zou ervoor pleiten dat de wetgever de helpende hand biedt, waarbij het strafrecht in mijn optiek als ultimum remedium zou moeten gelden. De Inspectie SZW zou in het stadium daarvoor een meer nadrukkelijke rol kunnen spelen. Ook de gegarandeerde toegang tot een onafhankelijke klachteninstantie zou in deze fase uitkomst kunnen bieden.
    Meer weten? Neem gerust contact op:
    Naam: Peter Schokker
    Functie: Adviseur/Onderzoeker/Trainer
    =========================================================


    Cartoon Arend van Dam ter illustratie
    http://www.telegraaf.nl/watuzegt/24294451/__Treiteren_op_werk__.html

    Met vriendelijke groet Gerrit Hartholt
    Initiatiefnemer actiegroep Stoppestenophetwerk.nu
    Ervaringsdeskundige
    Initiatiefnemer petitie 'Stop pesten op het Werk!'
    Initiatiefnemer petitie 'Pesten op het werk in het wetboek van strafrecht'